Oostenrijk 6 juli 2022

Frie Van Rossen

Und bis wir uns wiedersehn, und bis wir uns wiedersehn….

Op de laatste dag van onze koorreis ligt het merendeel van ons, koorvolkje, nog in een diepe slaap en is het bij het krieken van de dag vredig stil in ons hotel. Klokslag één minuut voor zes, na niet véél meer dan een zestal uurtjes slaap, word ik wakker door het getsjilp en gefluit van een –zo te horen- variëteit aan vogels, groot en klein, die buiten af- en aanvliegen, hun vrije (v)luchtruim doorkruisend. Het lijkt wel alsof het gevleugelde en gevederde volkje wéét dat wij, Acanti, voor slechts enkele nachten neergestreken ‘Nachtigallen’ van het Mörbischerhof, vandaag weer zullen uitzwermen en onze vlucht huiswaarts gaan nemen. Later op de dag vertrekken we immers, terug vanuit Wenen, waar onze omzwervingen richting Burgenland van start gingen, richting thuisfront. Alweer een ‘cirkel’ die bijna rond is… Aan elk mooi liedje  komt een einde, maar eerst nog de laatste dag (her)beleven!

Ontbijt in Mörbisch

Een laatste keer genieten we, keuvelend, van een kraakvers en lekker ontbijt op het terras. De ochtend biedt nog wat schaduw en koelte… Er zijn weinig wolken te bespeuren aan de zonnige, helderblauwe hemel… het belooft dus alweer een mooi-weer-dag te worden en hopelijk levert dat ook een vliegtuigtrip zonder turbulentie op! 

Na het ontbijt is het tijd voor de check-out. De lobby vult zich gestaag met pakken, zakken, valiezen en Acanti van het type A én B, inclusief het zo vertrouwde geanimeerde getater. Ons busje komt zo… De autocar rijdt zoals altijd klokvast en stipt op tijd de parking op. 

We verzamelen buiten aan de voorkant van het hotel, en nemen al zingend afscheid van een vijftal hotelbedienden, die zich op verzoek van de aanvoerder van de troepen in het voorportaal op een rijtje hebben opgesteld. Voor deze uitwuif leent de Duitstalige versie van An Irisch blessing – May the road rise to meet you zich uitstekend, en we zingen het uit volle borst en met wat er nog aan stem, adem en energie in elk van rest. Und bis wir uns wiedersehn…möge Gott Seine schützende Hand über dir halten… Eén van de personeelsleden vouwt haar handen voor de borst, alsof ze bidt met en voor ons, en pinkt een traantje weg, al wil ze daarmee kracht zetten bij onze uit het hart gezongen afscheidswens. 

We zoeken nog even de groene, ruime tuin op achteraan het hotel, voor een groepsfotomoment. En dan, hop, hop, hop, allemaal de bus in naar de Oostenrijkse hoofdstad. Tussen de drop off aan de ons inmiddels bekende Schwedenplatz en het verzamelmoment aan de ingang van de Sankt Stephansdom, is er nog wat tijd voor vrij wandelen en lunchen. 

Samen met Hilde en Wim klim ik via de trappen omhoog, langs de Sint-Hubertuskirche, de stad in. We stappen naar de Votivkirche, en komen daarbij voorbij het gigantische Rathaus waar een groot wit scherm tegen de stellingen voor de gevel hangt. Daartegenover is een halfronde zittribune opgesteld, voor het Wiener Filmfestival 2022 met daarachter, oh ja, een echte internationale Foodplaza. Food trucks serveren links en rechts allerhande ‘snelle hapjes’ vanuit verschillende werelddelen…Uit de ‘embarras du choix’ kiezen we voor een broodje Bratwurst, wat we nog niet achter de kiezen kregen op reis, en dat nu ‘binnen mondbereik’ komt. Een ‘must eat’ en de uitgelezen kans om een klein hongertje te stillen tijdens een lunch met een minimum aan oponthoud in tijd… want we willen toch graag nog wat extra moois van Wenen meepikken. Vandaaruit gaat het verder langs het Burgtheater, de St. Michaelsplatz, de Spanische Reitschule, langsheen koffie- en gebakhuis Demel. Er staat een immens lange rij van geduldige mensen aan te schuiven voor Demelse Kuchen und Café… Wij laten het aan ons voorbij gaan. 

Toiletten Graben Wenen

Via de Kohlmarkt, lopen we richting Graben. Daar gaan we even ‘ondergronds’ voor een sanitaire pitstop in stijl: Wim bij de Herren, Hilde en ik bij de Damen. Wij beleven er een ware throwback-in-time plaspauze. Voor de prijs van één euro zou je wel eens wat langer dan nodig willen vertoeven in zo’n prachtig en ruim –wellicht op brede hoepelrokken voorzien- ‘toilethok’ met een nog volhouten lambrisering en troebel gebroebelde raampjes in de tussenschotten, een ‘gouden’ kraantje aan een frivool gevormde porseleinen handenwasser, een wat verweerde art deco spiegel –maar zo eentje met een leven weet je wel?-, vloertegeltjes uit dito stijlperiode, en, last but not least, doorspoelknop in koper-met-porselein-en-zwartgeletterd opschrift ‘kurz drücken’… er ontbrak misschien nog enkel de toiletdame in traditionele klederdracht om de bezoeker eigenhandig een velletje toiletpapier of twee, drie, vier te overhandigen… 

We lopen de hoek op Graben om. En daar staat ze: de St-Stephansdom, in volle glorie, onveranderd, net zoals toen ik, als 17-jarige, Wenen voor de eerste keer –en voorlopig laatste keer, zo zou blijken- bezocht. Ik herinnerde me nog het dak van de kathedraal, met de gekleurde leitjes én de weerspiegeling van de rijzige gotische toren in de bolvormige glazen gevel van het gebouw ertegenover, langs het plein. 

Ik herinner me dat ik daarvan een foto nam, nog met een analoog toestel, uit de tijden waarin je geduld moest hebben. Pas ná ontwikkeling van het filmrolletje kreeg je immers een idee van het resultaat en de fotografische kwaliteit (op fotopapier) van het beeld dat je zag en probeerde te capteren… Spelingen van licht en donker, spiegeleffecten, de projectie van oud in nieuw, twee beelden in en over elkaar verweven… een thema, een leidmotief, dat ook vandaag nog zorgt voor aanvullingen in mijn fotografische (digitale) beeldenverzameling… Destijds nooit gedacht dat mijn Vienna Revisited of 2.0 32 jaar op zich zou laten wachten. Blij dat ik Wenen teruggezien heb, met mijn ogen en blik van vandaag! Het voelde aan als een heel bijzonder soort van timelapse tussen twee heel ver in de tijd van elkaar verwijderde opnames!

Het bezoek aan de catacomben is niet zo mijn ding. Ik heb het nu eenmaal niet zo met begraafplaatsen, doodskisten, (orgaan)urnen, ossuaria, donkere kelders en schaars verlichte koude gangen, kerkers en krochten. 

Stephansdom Wenen

Hoe fel, innig, onlosmakelijk dood en leven met elkaar ook verbonden zijn, en ik me van die realiteit, as years go by, meer en meer op nuchtere en rustige wijze bewust ben, toch probeer ik vooral te focussen op ‘leven’, hier en nu,…  Hoe goed de gids ook zijn best doet om de uitleg luchtig te houden en links en rechts humor in te bouwen in zijn discours, toch ben ik blij en opgelucht wanneer we via een trapje en luik terug buiten aan de kathedraal staan. De zon en blauwe lucht gretig in me opzuigend, prijs ik me gelukkig, me terug te bevinden middenin het bruisende, bovengrondse leven dat zich in een stad als Wenen voor je ontvouwt. Ik haak in bij Yvette en Karina. We houden nog een voor-de-kleine-honger eet- en drinkstop bij ‘le Burger’ en duiken net voor de Schwedenplatz nog een souvenirwinkeltje binnen. Daar doe ik nog een leuke vondst voor Nathalie Pons, wier aanwezigheid en gezelschap enorm werd gemist door de voltallige groep. 

En dan is het weer even wachten tot ‘onze’ K&K oder Kaiserliche und Königliche bus ons oppikt voor de transfer naar de luchthaven. Op de bus wordt de tijd goed benut, en schrijven we een postkaartje met lieve groeten uit Wenen, aan Nathalie. ‘Samen uit, samen thuis’ is iets wat de Acanti hoog in het vaandel dragen. We dragen zorg voor elkaar. Lukt het om een of andere reden niet in letterlijke zin, dan doen we het op figuurlijke manier. Die verbondenheid, in woord en daad, is iets wat ons koor markeert én siert… 

Stipt twee uur voor het uur van ‘departure’ zijn we terug op de plek waar deze weerom geslaagde editie van mijn inmiddels vierde koorreis écht begon, Vienna Airport. Deze keer geen alarm met ontruiming –zoals in Manchester! Alle schaapjes worden voor de tig-zoveelste-keer geteld door Nathalie Thijssen onze telSTER-en-zo-veel-andere-doe-en-denk-dingen-vaardige-en-immer-opgewekte-en-goedgeluimde-alt-Nathalie-nummerke-twee. Iedereen geraakt tijdig en netjes aan boord en op de zijn/haar toegewezen ‘seat’ in de grote, sterke, stalen vogel. 

Bij aankomst in Brussel blijkt enkel de reiskoffer van Marc nog in Wenen te staan, wat wordt gemeld bij de bagage claim van rolband nummerke vijf. Gelukkig had Marc wel alle herinneringen in zijn hoofd en hart mee, en vertrouwen dat zijn valies wel zou volgen, later in de week. Anderhalf uur na landing werden alle Acanti voltallig veilig en wel ‘gelost’ op het Beverse Gravenplein en wuifden we elkaar uit, voor enkele weken, tot 4 augustus. We kunnen terugblikken op een weerom prachtige koorreis. We waren samen op pad en beleefden heel wat variatie in een mooi stukje Burgenland. Een verademing na een lastige en lange C-periode. Een welgemeende dank aan iedereen die dat mogelijk heeft gemaakt! Team werkgroep: you rock and yes you can… maar dat wisten jullie al!