Het is van in de heuvels
VER, te denken naar de zee.
Soms, met de wind in de bloeiende lentebomen
en de ogen TOE, hoor ik er
kinderstemmen spelen.
En als ik wakker schiet, denk ik:
‘Waar is die feeërieke glinstering op het schuimende water,
’t feestgedruis der baren, die me hartstochtelijk omarmt,
het frisgroene helmgras dat mijn warrige haren streelt,
waar staat dat zandkasteel?’
’t was slechts ‘mon rêve’, mijn walhalla,
een gelukzalige, bevrijdende ‘FANTASIA’,
de enigste VLUCHT
in deze gedetineerde lockdown
en gecoroniseerde wereld, die mijn muren maalt
tot zachte hopen zand…