Godfried Van de Vyvere
Mijnheer de burgemeester, mevrouw de schepen van cultuur, mijnheer de erevoorzitter en vriend van het allereerste uur, Jonas, en echtgenote Ivonne, beste koorleden en oud-koorleden, geachte genodigden, vrienden, collega’s,
De huidige leuze, of mag ik het wapenspreuk noemen, van de gemeente Beveren, leest u hier voor mij: Beveren Verbindt. Afgekort: BV. Handig gevonden van de marketeers en de designer: BEVE is al meteen 2/3 van de naam van de gemeente, én rond BV ’schap wordt in sommige contexten een zeker aureool opgetrokken, een zweem van belangrijkheid, populariteit…. BV…een méér dan dubbele bodem dus.
Meneer de burgemeester, staat u mij toe om vandaag een kleine parodie op uw leuze te maken, door de B te wijzigen in de 1ste letter van het alfabet, AV dus. Neen, niet de Latijnse groet zoals we die kennen van Ave Caesar, of van het Bijbelse Ave Maria, maar…Acantus Verbindt.
Als we hier en nu even rondkijken, dan lijkt dat wel heel vanzelfsprekend: onze leden en ikzelf zijn omringd door oud-leden, collega’s, vrienden, de burgemeester van de gemeente, de voorzitter van Koor&Stem, onze voormalige deken en pastoor, onze voormalige organisten en begeleiders Fio en Erwin, mijn oud-leerlinge en oud-koorlid Mieke… Allen zijn we hier en nu via Acantus op de ene of de andere manier met of door elkaar verbonden.
Koorzingen -of zingen an sich- zorgt echter, in allereerste instantie, voor verbinding van de mens met zichzelf, en dit op mentaal, fysisch, vocaal en spiritueel gebied.
De koorzanger moet zich mentaal instellen op zingen, op ‘gaan zingen’. Dat betekent vaak een knop omdraaien, de zachte of de brute overgang maken van het werk, het drukke verkeer, het lekker luieren, koken voor het gezin met kwetterende kinderen, de muziek van de radio, zich haasten om niet te laat te komen, verveeld zijn door te laat te zijn door de dekselse file, “ik ben moe maar ik zal toch maar gaan repeteren want over 2 weken is het concert”. Men moet in een bepaalde mindset komen, zich voorbereiden, klaar zijn om over te gaan tot een artistieke activiteit, die bovendien moet gedeeld worden met anderen.
Aangekomen op repetitie of concert, wordt de zanger fysisch verbonden met zichzelf. Dat begint reeds met het aannemen van een voor het zingen adequate lichaamshouding. Er is zelfs een leider, genoemd dirigent, die daarop toeziet en zelfs gemachtigd is om de lichaamshouding te corrigeren in functie van de vocale activiteit die van de zanger verwacht wordt. Belangrijker nog dan de lichaamshouding -maar daar inherent mee verbonden-, is de verbinding van de zanger met zijn ademhaling. De hoge, snelle ademhaling van het rushen naar de repetitie, moet plaats maken voor de rustige, lage, efficiënte zangersademhaling. De adem als bron en conditio sine qua non voor het zingen. De zanger moet zijn ademhaling bewust doseren en reguleren in functie van de te zingen frase, de toonhoogte, de dynamiek, het karakter. Beginnende zangers vinden het soms confronterend om met open mond te staan en diverse mondstanden aan te nemen in functie van de te vormen vocalen en het openen van de resonantieruimten. Houding, ademhaling, mondstand: aspecten van de zang waarbij de juiste spieren moeten ingezet worden om tot een optimaal resultaat te komen. Essentiële aspecten van het zingen, waarbij de zanger verbonden wordt met zijn lichaam, tot in de kleinste vezels.
Puur vocaal, komt de zanger bij zichzelf, is de zanger zichzelf. Zijn eigen stem, zijn eigen timbre, zijn eigen mogelijkheden, zijn eigen partij binnen het koor. Elke vogel zingt zoals hij gebekt is, waarbij door inzicht en vooral oefening het resultaat kan groeien en verbeteren. De zanger zal zijn stem verzorgen, zal om zijn stem bekommerd zijn, zal zich minder in zijn sas voelen als de stem niet lekker zit. Binnen de groep, levert de zanger zijn eigen, individuele, vocale bijdrage.
De zanger wordt ook op spiritueel vlak met zichzelf verbonden. Dit is het punt waar de technische aspecten als houding, ademhaling, noten en stem uiteindelijk worden tot…muziek. Tot ‘wat onder of achter’ de noten steekt. Daar waar het gevoel wordt aangesproken. Emotie, expressie, inleving, be-leving. Krachten en emoties die komen bovendrijven door een tekstinhoud, een melodische lijn, een harmonische context, ritmische stuwing of rust. Daar waar of waardoor de zanger ‘geraakt’ wordt, in zijn hart, zijn geest, zijn ziel. Waar het uiteindelijk écht om gaat…
Acantus verbindt de zangers, de koorleden mét elkaar. Samen zingen is immers de essentie van koorzang. Daar verbindt de individuele zanger zich met ‘gelijkgestemden’, ‘gelijk-geaarden’. Er zijn zangers die liever alleen zingen, de geboren solisten, en er zijn zangers die liever niet alleen zingen, maar liever opgaan in de groep. Die synergie van zangers tot een koor kunnen we belichten vanuit dezelfde parameters als zoëven bij het individu. Samen willen zingen is een mentale overtuiging. Je stem, je muzikale passie, je passie voor zingen graag willen delen met anderen. Je hebt als individu een rol in het geheel, maar het geheel heeft ook invloed op het individu. Wie zich engageert tot een muzikaal groepsgebeuren, wordt dan ook verwacht in de groep voor zijn bijdrage aan het resultaat. Dat groepsgebeuren, hier in concreto repetities, optredens, concerten, vergaderingen, binnen- en buitenlandse reizen, hebben een invloed op je leven en je levensgezellen. Het is dan ook van belang dat de balans zo goed mogelijk in evenwicht blijft. Balans tussen geven en terugkrijgen, tussen engagement en ‘beloning’, (en niet ‘ver-loning’) tussen inzet, ja zelfs inspanning, en ontspanning, genieten, van het groepsgebeuren an sich, en van het muzikale in het bijzonder.
Acantus verbindt de zangers fysisch met elkaar. Je fysieke plaats ten opzichte van elkaar, je fysieke plaats in de ruimte, in de repetitie, op het podium. De zangers zijn fysiek verbonden door de ademhaling. Samen inademen bij de inzet, of onderweg bij het fraseren van het muziekstuk. Samen de adem doseren in functie van het volume of een lange zin. Soms zelfs net niét samen ademen met je buur om de indruk te wekken dat een frase lang doorloopt. De zangers zijn ook fysiek verbonden door het geluid, de klank die ze produceren vanuit het lichaam, de stembanden, de resonantieruimten en, niet in het minst, door het luisteren naar elkaar.
Mentaal en fysiek geëngageerd in het groepsgebeuren van een koor, moeten de zangers zich ook vocaal verbinden. Hun eigen stem inpassen in het geheel, de ideale mix vinden tussen individueel vocaal engagement en het mengen van de stem in het geheel, zoeken en streven naar gemeenschappelijke klinkerkleuren, samen zoeken en streven naar een ‘sound’, een mooie ‘koorklank’, zowel louter klank-esthetisch als passend bij het uitgevoerde muziekstuk, naar inhoud én stijl.
Hoe meer dit alles in de goede -liever nog in de juiste- plooi valt, hoe beter al deze aspecten en de zangers op elkaar af-ge-stemd zijn, hoe dichter men komt bij de spirituele verbinding, het be-leven, het voelen of ervaren van het quasi onbenoembare, soms eenvoudig samengevat in een ontladende zucht van voldoening. Het ‘samen’ voelen, het ‘samen’ beleven, versterkt nog de verbinding, en zorgt voor een bijzondere chemie, noem het zelfs maar magie. Hoe langer ik ‘praktiserend’ muzikant ben, als zangleraar en als dirigent, hoe meer ik nog verwonderd kan zijn over die magische kracht van zingen, en vooral van samen zingen. Mensen, stemmen, klanken, ritmen, melodieën geheel in harmonie verbonden, en die zomaar -gratis- in de natuur en in de mens aanwezig zijn. Je zou haast gaan zeggen…’van God gegeven’.
Acantus verbindt nog heel veel meer dan zijn koorleden. Dicht bij de zangers staan de partners en huisgenoten die het koor in vele facetten bijstaan. Ik denk aan praktische en logistieke ondersteuning bij concerten, aan engagementen voor aparte werkgroepen zoals bij de koorreizen of voor de hemel tijdens de Beverse feesten. Door hun regelmatige inzet en hun reeds jarenlang engagement kregen en verdienden deze werkgroepen informeel zelfs een eigen naam, zoals het B-koor en het hemelcomité. Zij ondersteunen ons op bijzondere wijze, en zijn onmisbaar geworden in het realiseren van onze kleinere en grotere projecten. En wat zijn we vandaag ook blij dat vele oud-koorleden hier met ons verbonden zijn in dit feestgevoel.
Acantus verbindt velen buiten de directe muzikale actieradius. Acantus kan rekenen op een steun- en erecomité dat ons financieel bijstaat. Acantus is actief op de sociale media, en stuurt regelmatig een nieuwsbrief, die vrienden en kennissen op de hoogte brengt van ons reilen en zeilen. Een bijzonder staaltje van verbinding wil ik hier toch graag vermelden. Toen de coronapandemie uitbrak in maart 2020 en onze muzikale activiteit moest worden stilgelegd, zochten we naar middelen die precies onze verbinding binnen en buiten het koor levendig konden houden. Zo creëerden enkele van onze mensen een ontroerend audiovisueel document, met een opname van het door Acantus gezongen ‘My wish for you’ (op zich ook al betekenisvol op dat moment) en foto’s van de leden in hun ‘coronakot’, thuis of buiten, zingend, wandelend, kokend….
En nu we toch een coronaparagraaf hebben aangesneden, kan ik alleen maar heel dankbaar en heel fier zijn over de wijze waarop Acantus die periode heeft overbrugd, en ja, overleefd. Precies door die verbinding niet koud te laten worden, met attenties voor de koorleden met nieuwjaar en Pasen, zelfs een digitale nieuwjaarsreceptie, mailtjes om elkaar moed in te spreken. En telkens als het even mocht, werd er gezongen, met anderhalve meter afstand, met een mondmasker, in een ruime kerk, met CO2 meter, met een dirigent achter plastic schermen en met een headsetmicrofoon om de verste zangers te kunnen bereiken. En het heeft gewerkt, Acantus mag fier zijn geen enkele koorzanger te hebben verloren in en wegens deze onfortuinlijke periode.
Het financieel comité steunde ons zelfs nog guller dan de voorgaande jaren. Oprecht hulde aan de wijze waarop ons koor de pandemie tot hiertoe heeft overleefd. Als dat geen bewijs van verbinding is!
Intussen zal duidelijk geworden zijn dat naast het vocale aspect van ons koorleven, ook de sociale dimensie van groot belang is, intern, in de kleine kring rondom ons, maar ook in onze intussen heel ruime kring in Beveren en ver daarbuiten. Dat manifesteert zich onder andere in de grote belangstelling die wij mogen ervaren op onze concerten en in onze hemel tijdens de Beverse Feesten.
Acantus heeft zich, reeds in zijn vorig leven als Sint-Martinuskoor, stevig gehecht, verbonden aan de Vlaamse koorwereld. Bij het veertigjarig bestaan in 1987 nodigden we elke maand een koor uit om een mis te komen opluisteren in de Sint-Martinuskerk. Wat wij nadien nog hebben herhaald. Wij nodigden verschillende keren koren uit om samen met ons op te treden in wat wij aanvankelijk ‘Koorklanken uit het Waasland’ noemden. Later gingen we verder vissen dan in het Waasland. Ik denk aan de uitwisseling met het Sint-Joriskoor uit het Limburgse Alken, onze samenwerking met het Mariakoraal uit Merelbeke voor een cd-opname voor Koor&Stem Oost-Vlaanderen, deelname van het Antwerpse dameskoor Sanseveria aan een editie van Koorklanken. Tijdens de provinciale koortoernooien in Gent leerden wij andere koren kennen, en andere leerden ons kennen. Bijzonder was onze deelname aan de wedstrijd Koor van het Jaar in 2002, waarna we een concert organiseerden met onze mede-finalisten de Konsinjoorkes uit Kontich, Makeblijde uit Zele en Viermaliks uit Mechelen. Ook in dit jubileumjaar maken we verbinding met andere koren. Voor deze gelegenheid kozen we heel bewust voor koren uit Groot-Beveren. In onze spiegeltent zullen we op vrijdag 20 mei optreden samen met Melos, Resolut en het Gregoriuskoor uit Kieldrecht.
33 jaar geleden zocht en vond ons koor ook verbinding in het buitenland, de mijlpalen Parijs en zeker Polen. Intussen kunnen we fier bogen op 30 jaargangen internationaal koorleven. Wij vonden koren, koren vonden ons. Wij vonden fantastische plekken om te zingen. Wij voelden ons een stukje ambassadeur van Vlaanderen én van Beveren in Noord-, Oost-, Zuid- en West-Europa. Wij brachten een stukje Vlaamse koorcultuur naar het buitenland. Op onze beurt toonden we onze Vlaamse cultuur en geschiedenis aan onze buitenlandse gasten. Verschillende van deze reizen, van deze contacten, trokken diepe vriendschappelijke sporen, die tot op vandaag her en der intens blijven doorleven.
Tenslotte, beste vrienden, ben ik dankbaar, uitermate dankbaar, voor de telefonische verbinding, in de lente van 1982, tussen het Sint-Martinuskoor en het Lemmensinstituut, in de persoon van toenmalig directeur Paul Schollaert. Door dát telefoontje werd ik verbonden aan en met het Sint-Martinuskoor, Acantus.
Moge dit grandioze jubileumjaar de verbinding vormen tussen een verleden van driekwart eeuw succesvolle koorwerking, en een hopelijk even succesvolle toekomst.
Acantus Verbindt
Verenigt
Verjaart
Viert
Verwelkomt
Verzamelt
Verblijdt
Ventileert
Verklankt
Vertolkt
Verwondert
Verbluft
Verfijnt
Verheerlijkt
Verheft
Vermaakt
Verwarmt
Verwent
Verreist
Vibreert
Verwezenlijkt
Volhardt
Kortom…. A.V. Gegroet. Dankjewel.