Niemand van ons kent de taal van het land: dus blijkt ‘een glas rosé’ in ons beste Engels, in het Slovaaks een karaf met water en vier glazen .
Daan, de zorgzame secretaris, doet alle rekeningen kloppen, betaalt alles nauwkeurig, het bestuur van Acantus is er gerust in. Hij ontpopt zich als een gehaaide onderhandelaar en een gulle schatbewaarder die zijn troepen trakteert. Maar zijn kamernummer zijn we niet te weten gekomen.
Terug in Oostenrijk maakt iedereen zich op voor het laatste avondmaal. Liedjes worden nog gerepeteerd, teksten ingeoefend, de hele ceremonie wordt overlopen.
Het diner bespreek ik, het ritme van het personeel indachtig, zeer snel: lekkere wijnsoep, vis of gegrild vlees, een licht dessert met gigantische porties en obers die alle borden meepikken van zodra je even niet oplet .